De enige internationale metalopleiding ter wereld volg je gewoon in Eindhoven

In de kelder van cultureel centrum Dynamo Eindhoven dreunen de muren. Achter elke deur een ander geluid: bonkende basdrums, snerpende gitaren en rauwe vocalen. Hier zit je niet in een klaslokaal, maar in het hart van Summa Metal Factory. De enige internationale mbo-opleiding ter wereld waar metalmuziek centraal staat.
“De muziekindustrie is internationaal. Als je daarin mee wilt doen, moet je niet alleen goed kunnen spelen. Je moet kunnen samenwerken, communiceren en presenteren in het Engels. Alles wat we hier doen, is daarop gericht”, zegt Kevin Quilligan vanuit de docentenkamer in Dynamo. Hij is coördinator van de internationale opleiding en mentor van leerjaar twee, bestaande uit een klas van twintig leerlingen. Sinds 2004 is Kevin als zanger actief in voornamelijk death metal bands en daarnaast is hij ook vocal coach. De internationale tak van de opleiding kwam tot stand met behulp van de Regio Deal-gelden en is bedoeld om jong talent klaar te stomen voor een carrière in de internationale, alternatieve muziekindustrie. “Die steun was echt cruciaal. We hebben hiermee projecten kunnen opzetten waarbij studenten direct met het werkveld te maken krijgen. Neem de festivals Roadburn en Metal Masters, waar ze live mochten spelen. Dat zijn geen gewone schoolprojecten. Dat zijn echte podia, met echte professionals.”
Muzikale trots in de mentorklas
Een uur voor het gesprek met Kevin presenteert iedere tweedejaarsstudent uit zijn mentorklas binnen drie minuten hun ‘muzikale moment van trots’. Er vliegen beelden voorbij van shows op het Roadburn Festival, maar ook de Dutch Design Week was toneel van heavy metal. Er wordt gelachen, maar ruimte voor openhartigheid is er ook. Een enkele leerling laat een traan en is trots op het pad dat hij bewandelde, ook al ging het niet zonder slag of stoot. Een andere jongen vertelt hoe hij via deze opleiding voor het eerst ergens écht bij hoorde. Hij ontwierp het albumdesign van een band die live op BBC Radio te horen was en mag na drie minuten weer gaan zitten onder luid applaus.
Terug naar de docentenkamer, waar Kevin terugblikt op de presentaties. “Het gaat mij niet alleen om de muziek die de studenten maken. Ik wil weten hoe ze omgaan met succes en tegenslag. Ik geef ze mee dat het goed is om vijftig keer een matige show te spelen, als dat betekent dat je óók honderd keer met een topgevoel van het podium stapt. Die verhalen zijn minstens zo belangrijk als de noten die ze spelen.”
Coach in plaats van docent
Kevin noemt zichzelf liever coach dan docent van de driejarige mbo-4 opleiding. Hij helpt studenten bij artistieke keuzes, banddynamiek, maar ook bij hun persoonlijke ontwikkeling. “We bespreken net zo goed hoe je je presenteert op social media, wat je doet met kritiek of hoe je een set opbouwt die mensen raakt. Lesstof zit niet alleen in boeken, maar vooral in de praktijk.” Die praktijkgerichtheid is zichtbaar. Studenten organiseren eigen shows, werken met opnameprogramma’s, mixen in de studio en repeteren in Dynamo. Het afstudeerproject, Metal Masters, is een zelfgeorganiseerd festival waar studenten hun muzikale product presenteren aan mensen uit het werkveld. “Dat is hét moment waarop ze laten zien wat ze waard zijn.”
Auditie doen voor toelating
De Metal Factory is kleinschalig, drie leerjaren van elk twintig studenten, en wordt volledig in het Engels gegeven. Niet alleen om het muziekjargon onder de knie te krijgen, maar juist om (internationale) studenten voor te bereiden op een loopbaan buiten de landsgrenzen. “Als je serieus de muziek in wilt, moet je professioneel kunnen communiceren. Je mailt met zalen, boekers, labels, en dat is allemaal in het Engels.” Niet iedereen komt zomaar binnen op de Metal Factory. Wie wil instromen, moet auditie doen. “We zoeken geen mensen die ‘gewoon leuk muziek maken’”, zegt Kevin. “We zoeken mensen met ambitie. Je hoeft nog niet alles te kunnen, maar je moet wel weten waar je heen wilt. Dat toetsen we in het gesprek ná het spelen. Dat gesprek is belangrijker dan je muzikale niveau.”
Technische en praktische kennis opdoen
Tweedejaars Tijs van Dorsselaer (18) uit Zeeland herinnert zich zijn auditie nog goed. “Ik heb alles gegeven. Gesprongen, geschreeuwd, gedaan alsof ik live op een festival stond. Dat was nodig om te laten zien wie ik ben.” Inmiddels is hij zanger bij Infliktion, een band die hij tijdens de opleiding startte. “We hebben veel opgetreden en dankzij de lessen van Kevin ben ik technisch beter gaan zingen en grunten.”
Spelen voor 400 man
Voor klasgenoot Joris Cox (22) was de opleiding een ontsnapping uit het hbo. “Ik werd daar niet gelukkig. Bij de Metal Factory voelde ik direct een klik.” Hij werd geselecteerd voor het Roadburn Festival en speelde daar met zijn band Haatdrager voor 400 man. “We schreven zelf de nummers en repeteerden maandenlang. Die show zal ik nooit vergeten.” Inmiddels wil hij zich specialiseren als drumtechnicus. “Ik heb geleerd hoe ik microfoons plaats en hoe je een drumstel goed afstelt. Goede technici zijn er minder dan talentvolle drummers.”
Aan het eind van de middag keert de rust langzaam terug in de gangen van Dynamo. Kevin haalt zijn oordoppen uit zijn oren, na een ronde langs de repetitieruimtes. Er is deze middag geen enkel lesboek aan te pas gekomen. En toch voel je dat iedere Metal Factory-student het vak, maar vooral zichzelf leert begrijpen. “Dat is precies waar het om draait. Hun talenten blijven niet binnen de muren van deze opleiding. Ze nemen het mee. Op het podium, in de studio en naar welke toekomst dan ook.”