Taalkracht werkt aan een monsterklus. De onderwijsinstelling – onderdeel van Summa – leidt 800 volwassenen met een andere moedertaal dan Nederlands op tot taalniveau B1. Dat gebeurt in 40 weken, in ongeveer 55 groepen. Het intensieve traject is nu halverwege. De deelnemers zijn sterk gemotiveerd. “Ik heb nu eindelijk het werk dat ik graag wil doen.”
Luiza komt uit Brazilië. Ze woont nu drie jaar in Nederland. Ze is architect, maar vond hier geen baan in haar vak. Haar cv was goed, met 8 jaar ervaring in Brazilië. Maar ze sprak geen Nederlands. Ze meldde zich bij Taalkracht om Nederlands te leren, maar kwam op een wachtlijst. “Ik vond werk bij een webshop voor telefoononderdelen, maar dat was niet wat ik wilde. Toen Taalkracht me belde dat ik met de cursus kon beginnen, was ik heel blij.
Dat Taalkracht opeens 800 volwassenen extra kan scholen in taalniveau B1, is te danken aan ASML. De producent van computerchipmachines zag dat veel mensen in de regio Eindhoven graag willen werken, maar dat taal vaak een probleem is. Daarom betaalt het bedrijf de cursus voor 800 van deze mensen. Daardoor kon Taalkracht veel mensen op de wachtlijst eindelijk een plek geven. “We moesten alles snel regelen”, zegt docent Ilse Korthouwer. “Docenten, deelnemers, leslocaties, roosters, lesmateriaal, noem maar op. Dat is gelukt, we zijn goed op weg.”
De deelnemers krijgen 40 weken lang 2 keer per week les. Een les duurt 1,5 uur. Ze leren volgens de Delftse methode. Ilse: “De focus daarbij ligt op spreken en luisteren. Tijdens de les praten de cursisten veel met elkaar. Zo leren ze snel. Thuis oefenen ze verder, 2 of 3 uur per les. Ze oefenen online, ook de uitspraak – de computer controleert of ze een woord goed zeggen. Elke les beginnen we met een korte test om te kijken of de cursist begrijpt hoe je de woorden gebruikt.”
Luiza vindt de lessen leuk. “Het is gezellig en we lachen veel.” De Braziliaanse spreekt al behoorlijk goed Nederlands. Zeker als je weet dat ze een paar maanden geleden geen woord Nederlands sprak. Het spreken van de Nederlandse taal heeft haar leven totaal veranderd, zegt ze. “Omdat ik al een beetje Nederlands praat en de cursus volg, ben ik bouwkundig tekenaar bij een bedrijf in Deurne. Ik doe nu eindelijk het werk dat ik leuk vind.”
Volgens Ilse is Luiza geen uitzondering. “De cursisten willen heel graag Nederlands leren. Omdat ze weten: als ik Nederlands spreek, heb ik meer kans op werk. Sommigen zijn al met de cursus moeten stoppen, omdat ze een baan ergens anders in het land hebben gevonden.” Dat betekent ook dat er weer plek is voor andere mensen op de wachtlijst. “We zijn nu halverwege het traject. De cursisten zijn van taalniveau 0 naar A2 gegaan. Nu groeien ze door naar B1.”
